Maakindustrie - De Grote Terugkeer

www.sprout.nl

Maakindustrie - De Grote Terugkeer

podium | 27 nov 2012 |

Dit artikel is geschreven door Susanne Stolte

De salarissen in China’s maakindustrie stijgen elk jaar met 15% tot 20%. Ondertussen zijn Chinese arbeiders een factor 3 minder productief dan hun Westerse collega’s. Over enkele jaren is het laten produceren in China nog maar 10% goedkoper dan in het Westen. Wat gebeurt er dan? En gebeurt het dan ook hier?

Eigenlijk is het al aan de gang: de productie van bepaalde soorten goederen verschuift weer terug naar het Westen. Dit proces wordt veroorzaakt door een aantal op elkaar inwerkende factoren. In China liggen de lonen lager. Maar als de productie niet meer vraagt om een werkvloer vol mensen, dan wordt de factor loonkosten minder relevant. Hoe ijverig de Chinezen ook zijn, zij kunnen niet op tegen het arbeidsethos van computergestuurde robots. En juist dat vlak hebben de ontwikkelingen niet stil gestaan.

Kwaliteit
De robots bikkelen niet alleen door, ze zijn er ook veelzijdiger op geworden: zelf van gereedschap veranderen, ‘voelen of er iets misgaat’ en kwaliteitscontroles verrichten. Kwaliteit, ook dat is een struikelblok in de samenwerking met Chinese producenten. Een onderzoek onder directeuren van zo’n 100 grote Amerikaanse bedrijven leverde op dat de kijk op China verandert. Maar liefst 41% noemde kwaliteitsproblemen als reden om daar niet meer te produceren. Gaat het om een consumentenproduct, dan speelt niet alleen de objectieve kwaliteit maar ook de subjectieve productbeleving. Deze is gekoppeld aan landelijke of regionale voorkeuren, mode, de behoefte aan groepsidentificatie en de leeftijd van de gebruiker.

In de smaak
De producent die hiermee rekening kan houden, heeft een voordeel. Juist met de nieuwe productietechnieken kunnen fabrikanten inspelen op die verschillen in smaak en gebruiksverwachting. Met name ook via 3D-printing zijn kleinere oplages kostenefficiënt te produceren. De fabrikant die op deze manier de markt wil bedienen, is beter af met productiefaciliteiten die zich binnen redelijke afstand bevinden van het hoofdkantoor. Je gaat liever niet producten toesnijden op compacte doelgroepen, om vervolgens wekenlang te wachten tot de spullen met de boot binnenkomen.

Wat kunnen wij?
Ondertussen wordt in Alabama een fabriek voor hoogwaardige koperen leidingcomponenten gebouwd die eigendom is van –jawel–een Chinese onderneming. Beschouw het als een zwaluw, maar de zomer komt. Wie somber was over de industriële toekomst van het Westen, kan wat vrolijker kijken. Maar voor lachen is het veel te vroeg. Door analisten wordt namelijk gesuggereerd dat hoofdzakelijk Amerika wint bij De Grote Terugkeer. Europese ondernemingen worden er alleen wijzer van voor zover zij productievestigingen hebben in de VS. Politiek en ondernemend Nederland heeft dus een historische vraag te beantwoorden: “Moet de Westerse industriële toekomst per se Made in USA zijn? Of kunnen we zelf ook wat met de EU, nog altijd een binnenlandse markt van 500 miljoen inwoners en het grootste BNP ter wereld?”